
Het was 1982, het jaar dat mijn ogen begonnen met de wereld te bewonderen.
Zodra ik weet had van de betekenis van dat wat ik zag en er woorden aan kon geven, nam ik de wereld om me heen met grote aandacht in me op en zette deze om in woordenspinsels om ze vervolgens op te slaan in de huisjes in mijn hoofd.
Zo zie ik mijn ervaringen, gedachten en verzinsels graag. Ieder geordend in hun eigen huis in mijn hoofd. Dit zou suggereren dat ik een ontzettend geordend mens ben, maar niets is minder waar. Als er een beeldwoordenboek zou bestaan -bestaat deze? – dan zou er bij de afbeelding “chaotisch” een foto van mij staan.
Ik registreer vliegensvlug en met datzelfde tempo proef ik ook haarfijn de sferen om me heen, combineer dat met een nogal dromerig karakter en het chaotische plaatje is compleet. Dit alles zorgt ervoor dat ik nogal warrig overkom. Maar ik heb geleerd dat een last ook een feest kan zijn, het is maar net hoe je het bekijkt.
Ik bekijk het graag van alle kanten; zoals ik gebeurtenissen, mensen en dingen om me heen bekijk. Een ander licht kan je zo ineens verrassen. Het geeft me dat niet alles zwart wit is, dat er naast het grijs ook nog ruimte is voor rood, paars, blauw en zelfs voor de kleuren die nog ontdekt moeten worden. Die kleuren ontdek maar creëer ik ook graag zelf. Ik kan goed vertoeven in de wereld die verbeeldingskracht heet, alhoewel de dagelijkse beslommeringen mij al woorden genoeg geven om te schrijven.
Het zoeken naar zinnen en deze in gedichten, toespraken of verhalen samen te brengen helpt mij om een beetje vat op de wereld te krijgen en alles wat daarin, daaromheen, daarbuiten gebeurt.
Ik zou een hele wereld bij elkaar willen schrijven, maar daarvoor is er in mijn hoofd te weinig ruimte, dus heb ik een nieuwe plek gecreëerd. Een soort van commune, waar plaats is voor heel veel huisjes. Ieder huis heeft een eigen verhaal, waar iedereen binnen mag komen om mijn gevonden zinnen te lezen.
Wees welkom!
©wendy
Geef een reactie